Vertaling van 'ménager' uit het Frans naar het Nederlands

ménager (ww):
zuinig beheren(en) to conserve., beheren(en) to direct or be in charge., leiden(en) to direct or be in charge., managen(en) to direct or be in charge.

ménager (zn):
huisman(en) husband who remains in the homestead.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken