venir de (bw):
zo-even(de) genau gleichzeitig, in diesem Moment.
(de) unmittelbar davor/zuvor., net(en) recently., onlangs(en) recently., pas(en) recently., precies(en) recently., zojuist(en) recently., zonet(en) recently.
venir de (ww):
hebben(fr) —., komen uit(fr) —., vandaan komen(fr) —., zijn(fr) —., zojuist(fr) —., voortkomen(en) to take first existence, have origin.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com