Vertaling van 'afzonderen' uit het Nederlands naar het Duits

afzonderen (ww):
absondern(en) to separate.
(en) to cause to be separate.
(en) to separate from all external influence.
(it) tenere lontano, in disparte rispetto a un gruppo di persone.
, isolieren(en) isolate.
(en) to separate.
(it) tenere lontano, in disparte rispetto a un gruppo di persone.
(es) —.
, trennen(en) to separate; to disengage.
(en) to separate.
, separieren(en) to cause to be separate., unterscheiden(en) to cause to be separate., vereinzeln(en) isolate.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken