hank (zn):
legplank(nl) —.
(nl) een plank tegen de muur, om iets op te zetten., schap(nl) —.
(nl) een plank tegen de muur, om iets op te zetten., strang(nl) —.
(nl) (waterbeheer) dode rivierarm., ank(nl) —.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com