oppleuren (ww):
opdonderen(nl) (intr) (informeel) vertrekken, weggaan ''(van iemand die men negatief beoordeelt)''.
(en) to leave, to go away.
(en) to go to hell, disappear, screw oneself., ophoepelen(nl) (intr) (informeel) vertrekken, weggaan ''(van iemand die men negatief beoordeelt)''.
(en) to leave, to go away.
(en) to go to hell, disappear, screw oneself., oprotten(nl) (intr) (informeel) vertrekken, weggaan ''(van iemand die men negatief beoordeelt)''.
(en) to leave, to go away.
(en) to go to hell, disappear, screw oneself., oplazeren(nl) (intr) (informeel) vertrekken, weggaan ''(van iemand die men negatief beoordeelt)''.
(en) to leave, to go away.
(en) to go to hell, disappear, screw oneself., opsodemieteren(nl) (intr) (informeel) vertrekken, weggaan ''(van iemand die men negatief beoordeelt)''.
(en) to leave, to go away.
(en) to go to hell, disappear, screw oneself., optiefen(nl) (intr) (informeel) vertrekken, weggaan ''(van iemand die men negatief beoordeelt)''.
(en) to leave, to go away.
(en) to go to hell, disappear, screw oneself., opkankeren(nl) (intr) (informeel) vertrekken, weggaan ''(van iemand die men negatief beoordeelt)''., flikker op(en) to leave, to go away.
(en) to go to hell, disappear, screw oneself., opflikkeren(en) to leave, to go away.
(en) to go to hell, disappear, screw oneself., ophoeren(en) to leave, to go away.
(en) to go to hell, disappear, screw oneself., opsodeflikkeren(en) to leave, to go away.
(en) to go to hell, disappear, screw oneself., wegwezen(en) to leave, to go away.
(en) to go to hell, disappear, screw oneself.
oppleuren (interjection):
optiefen(en) go away!.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com