N.B. De resultaten hieronder komen van derde partijen. Zie ook resultaten uit onze eigen synoniemendatabank voor opzadelen.
opzadelen (ww):
opdringen(nl) —.
(en) to sell or dispose of something with the intent to deceive.
(en) pass off as genuine.
(nl) (figuurlijk) iemand belasten met iets onaangenaams., belasten(nl) —.
(nl) (figuurlijk) iemand belasten met iets onaangenaams., zadelen(nl) —.
(nl) een paard een zadel opleggen., opsolferen(nl) —., iemand iets in de maag splitsen(nl) (figuurlijk) iemand belasten met iets onaangenaams., iemand iets op de hals schuiven(nl) (figuurlijk) iemand belasten met iets onaangenaams., zich iets op de hals halen(nl) (figuurlijk) iemand belasten met iets onaangenaams., opschepen(en) to burden or encumber (someone) with some duty or responsibility.
(en) to burden or encumber (someone) with some duty or responsibility.
opzadelen (zn):
zadelen(en) part of a harness which supports the weight of poles or shafts attaching a vehicle to a horse or other animal.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com
Dankzij donaties zie je op deze en volgende pagina's geen advertenties.
Wist je dat synoniemen.net een eenmansproject is? Door te doneren help je bij het voortbestaan en om advertenties hier helemaal overbodig te maken.