Nederlandse synoniemen voor 'schuldloos'

schuldloos (bn):
schuldeloos(nl) —., schuldenloos(nl) —., schuldenvrij(nl) —., schuldeloos (tot 2006 ook schuldenloos in officiële spelling)(nl) zonder schuld, zonder zonde, vrij van verwijtbaarheid., Als verwarring kan ontstaan doordat in een bepaalde uitspraak beide betekenissen mogelijk zijn(nl) zonder schuld, zonder zonde, vrij van verwijtbaarheid., niet over financiën.(nl) zonder schuld, zonder zonde, vrij van verwijtbaarheid., word voor de tweede betekenis "vrij van financiële verplichtingen" eerder 'schuldeloos' of 'schuldenvrij' gebruiktde frase "schuldloos gescheiden" zegt iets over verwijtbaarheid(nl) zonder schuld, zonder zonde, vrij van verwijtbaarheid.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken