spar (zn):
spant(nl) —.
(nl) (bouwkunde) paal, rechte, dunne stam, vooral als onderdeel van een dak., sparrenhout(en) tree from the genus Picea.
(en) wood of a spruce., fijnspar(fr) Genre de conifères., sparreboom(fr) Genre de conifères., zilverspar(de) Botanik: eine Gattung von Nadelbäumen in der Familie der Kieferngewächse.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com