Nederlandse synoniemen voor 'surfen'

N.B. De resultaten hieronder komen van derde partijen. Zie ook resultaten uit onze eigen synoniemendatabank voor surfen.

surfen (ww):
internetten(nl) —.
(nl) (inerg) (informatica) zich op het internet begeven.
, plankzeilen(de) —.
(de) —.
(de) —.
(de) —.
(de) —.
(de) —.
, windsurfen(de) —.
(de) —.
(de) —.
(de) —.
(de) —.
(de) —.
, navigeren(en) move on the internet.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken