uitbundig

als woordenboektrefwoord:

uitbundig:
bn. bw. bovenmatig.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

uitbundig (bn) :
buitengewoon, hevig, bovenmatig, overmatig, uitzinnig, rijkelijk, ongeremd, overvloedig, weelderig, onstuimig, tomeloos, dionysisch, exuberant
uitbundig (bn) :
stormachtig, opgetogen, vrolijk, uitgelaten, enthousiast, geestdriftig, jolig, extatisch

als synoniem van een ander trefwoord:

vrolijk (bn) :
feestelijk, opgewekt, opgeruimd, speels, uitgelaten, levendig, optimistisch, blij, uitbundig, verheugd, vreugdevol, levenslustig, geanimeerd, jolig, lustig, joviaal, dartel, blijmoedig, monter, welgemoed, hups, blijhartig
overmatig (bn) :
overdreven, bovenmatig, overdadig, uitermate, uitbundig, buitensporig, mateloos, excessief, grenzeloos, buitengemeen, onmatig
uitgelaten (bn) :
opgetogen, opgewonden, luidruchtig, vrolijk, dol, baldadig, enthousiast, uitbundig, jolig, dartel, onstuimig, petulant
geanimeerd (bn) :
opgewekt, druk, vrolijk, uitgelaten, levendig, bezield, gezellig druk, uitbundig, roerig
bevlogen (bn) :
gedreven, bezield, enthousiast, geestdriftig, vurig, uitbundig, geïnspireerd
jolig (bn) :
opgewekt, vrolijk, uitgelaten, uitbundig, grappig, dartel, leutig
pronkerig (bn) :
rijkelijk, uitbundig, weelderig, exuberant
feestelijk (bn) :
uitgelaten, uitbundig, vreugdevol, lustig
dionysisch (bn) :
overdadig, uitbundig, exuberant

woordverbanden van ‘uitbundig’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

uitbundig
ingetogen

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0203 nc