bedelaar

als woordenboektrefwoord:

bedelaar:
m. (-s), die bedelt.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

bedelaar (zn) :
zwerver, schooier, landloper, parasiet

als synoniem van een ander trefwoord:

landloper (zn) :
zwerver, schooier, bedelaar, vagebond, hobo, zwermer, tramp, dalver

woordverbanden van ‘bedelaar’ grafisch weergegeven

in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):

Het eerste woord duidt alleen een persoon aan, die aan de huizen onderstand vraagt; een schooier is een slecht gekleede, zwervende bedelaar, bij wien men geneigdheid om te schooien of te stelen veronderstelt; landlooper en vagebond stellen meer het zwervend leven op den voorgrond, terwijl men bij schobbejak meer denkt aan het slechte karakter van iemand, die tot allerlei kwaad in staat is.

in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 1, blz. 218:

bedelaar, schooier

woorden met een verwante vorm:

werkwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0019 c