betray (ww):
Give away information about somebody
misleiden, aangeven, verklikken, bedriegen, verklappen, verlullen, verraden
betray (ww):
Cause someone to believe an untruth
bedonderen, bedriegen, beduvelen, belazeren, besjoemelen, besodemieteren, kloten, naaien, oetsen, rollen, verlakken, vernachelen, verneuken, verneuriën, wijsmaken
betray (ww):
Reveal unintentionally
verraden
betray (ww):
Disappoint, prove undependable to; abandon, forsake
onthullen, verspreken
betray (ww):
Deliver to an enemy by treachery
verlinken, verraden
betray (ww):
Be sexually unfaithful to one's partner in marriage
vals spelen, bedriegen, hoorndrager, echtbreken, vreemdgaan
Via: Ensyns.nl
betray (ww):
verraden(en) —.
(en) —.
(en) —.
(en) —.
(en) —.
(ca) Cometre traïció.
(de) umgangssprachlich: verraten.
(ja) : 味方に背き敵につくこと.
(ru) предавать.
(sv) avslöja hemlighet.
(sv) överge närstående eller principer.
(sv) lämna ut hemlig information.
(pl) —., bedriegen(en) —.
(de) moralisch: jemandem absichtlich und böswillig die Unwahrheit sagen., onthullen(en) —., verspreken(en) —., schot(sv) svika., verklappen(de) umgangssprachlich: verraten.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com