ploeteren

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

ploeteren (ww) :
baggeren, beulen, blokken, hengsten, krabben, labeuren, pezen, sappelen, sloven, tobben, wroeten, zwoegen
ploeteren (ww) :
knoeien, modderen, plodderen, pluizen
ploeteren (ww) :
plassen, pootjebaden
ploeteren (ww) :
plonzen, waden

als synoniem van een ander trefwoord:

zwoegen (ww) :
labeuren, ploeteren, sappelen, slaven, sloven, tobben, wroeten
sappelen (ww) :
ploeteren, sloven, zich afjakkeren, zwoegen
krabben (ww) :
krabbelen, krauwen, ploeteren, scharrelen
baggeren (ww) :
opdreggen, ploeteren, uitdiepen
plassen (ww) :
knoeien, plodderen, ploeteren
modderen (ww) :
baggeren, ploeteren, prutsen
sjouwen (ww) :
ploeteren, sloven, zwoegen
tobben (ww) :
ploeteren, wurmen, zwoegen
labeuren (ww) :
ploeteren, zwoegen
wroeten (ww) :
ploeteren, zwoegen
pluizen (ww) :
ploeteren

woordverbanden van ‘ploeteren’ grafisch weergegeven

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0024 c