Vertaling van 'anticipate' uit het Engels naar het Nederlands

anticipate (ww):
Regard something as probable or likely
anticiperen, vooruitlopen

anticipate (ww):
Realize beforehand
vooruitzien, voorzien

anticipate (ww):
Make a prediction about; tell in advance
aankondigen, orakelen, profeteren, voorspellen, voorzeggen

anticipate (ww):
Act in advance of; deal with ahead of time
voorzien

Via: Ensyns.nl

anticipate (ww):
rekenen(de) ''rechnen mit:'' [[stark]] [[vermuten]], dass etwas [[geschehen]] wird; [[voraussehen]]., wachten(pl) —.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken