Vertaling van 'boot' uit het Engels naar het Nederlands

boot (zn):
The act of delivering a blow with the foot
schop, trap

boot (zn):
Footwear that covers the whole foot and lower leg
bot, laars, laarsje

boot (zn):
An instrument of torture that is used to heat or crush the foot and leg
hoge, huls, schoen

boot (zn):
Compartment in an automobile that carries luggage or shopping or tools
achterbak, bagageruim, kofferbak, kofferruimte

boot (ww):
Kick; give a boot to
eruittrappen

Via: Ensyns.nl

boot (zn):
laars(en) —.
(ca) Calçat.
(ca) Calçat.
(de) Schuh mit Schaft.
(fi) umpinainen, pitkävartinen jalkine.
(fr) Chaussure épaisse au long col.
(pt) (calçado de cano longo).
(es) —.
(sv) skodon.
, bot(en) —.
(fi) umpinainen, pitkävartinen jalkine.
(es) —.
, schoen(en) —.
(fr) Ce que l’on met au pied pour se chausser..
(pl) —.
, beschermhuls(en) —., bootleg(en) —., hoge(en) —., huls(en) —., kofferbak(de) Raum für Koffer und anderes Gepäck, meist im hinteren Teil eines PKW.
(fr) Partie arrière d’une voiture où l’on range les bagages et autres objets.
, hoge schoen(es) —., koffer(pt) (porta-malas)., laadruimte(pt) (porta-malas).

boot (ww):
buitengooien(en) —.
(en) —.
, eruitgooien(en) —.
(en) —.
, eruittrappen(en) —.
(en) —.
, opstarten(en) —.
(fr) Mettre en marche un ordinateur en provoquant l’exécution de l’amorce.
, afranselen(en) —., braken(en) —., kotsen(en) —., schieten(en) —., schoppen(en) —., straffen(en) —., trappen(en) —.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken