Vertaling van 'express' uit het Engels naar het Nederlands

express (zn):
Rapid transport of goods
exprestrein

express (zn):
Public transport consisting of a fast train or bus that makes only a few scheduled stops
exprestrein, snelbus

express (zn):
Mail that is distributed by a rapid and efficient system
spoedbericht

express (ww):
Articulate; either verbally or with a cry, shout, or noise
uiten

express (ww):
Give expression to
aantonen, uiten

Via: Ensyns.nl

express (bn):
gedetailleerd(en) —., snel(en) —., expliciet(de) klar und deutlich gesagt, entschieden geäußert., uitdrukkelijk(de) klar und deutlich gesagt, entschieden geäußert.

express (ww):
uitdrukken(en) —.
(fr) Manifester une pensée.
(fr) Faire sortir le suc, le jus.
(pl) —.
, uiten(fr) Manifester une pensée.
(fr) Faire sortir le suc, le jus.

express (zn):
sneltrein(de) —.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken