Vertaling van 'flesh' uit het Engels naar het Nederlands

flesh (zn):
Alternative names for the body of a human being
personage, vorm, afbeelding, cijfer, menselijk lichaam, vlees

flesh (zn):
The soft tissue of the body of a vertebrate: mainly muscle tissue and fat
vlees

flesh (zn):
A soft moist part of a fruit
vlees, vruchtvlees

Via: Ensyns.nl

flesh (zn):
vlees(en) —.
(en) —.
(de) Anatomie: Muskel- und häufig auch Fettgewebe.
(de) antiquiert: der menschliche Körper.
(fr) Toutes les parties molles du corps. .
(pl) —.
(pl) —.
(pt) (parte comestível do fruto).
(ru) плоть, мышцы.
(ru) туша или часть туши убитых животных как пищевой продукт.
(tr) et.
, mensenkleur(en) —., vel(en) —., vruchtvlees(en) —.

flesh (ww):
aandikken(en) —., verdikken(en) —., vervetten(en) —.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken