Vertaling van 'tug' uit het Engels naar het Nederlands

tug (zn):
A sudden abrupt pull
ruk

tug (zn):
A powerful small boat designed to pull or push larger ships
duwboot, sleepboot, sleepvliegtuig, sleper, treiler

tug (ww):
Carry with difficulty
meesjouwen, meeslepen, meesleuren, meetrekken, meezeulen, rondsjouwen, rondslepen, sjouwen, torsen, zeulen

tug (ww):
Move by pulling hard
rukken

Via: Ensyns.nl

tug (ww):
slepen(en) —.
(no) slepe et fartøy.
, rukken(en) —., trekken(en) —., binnenloodsen(de) —., boegseren(de) —., loodsen(de) —.

tug (zn):
sleepboot(de) Schleppschiff, das Lastkähne zieht.
(de) kleines Schiff zur Unterstützung größerer Schiffe.
(fr) Bâtiment qui remorque..
, sleper(de) Schleppschiff, das Lastkähne zieht.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken