meeslepen

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

meeslepen (ww) :
entraineren, leuren, meebrengen, meekrijgen, meenemen, meesleuren, slepen, sleuren
meeslepen (ww) :
boeien, fascineren, vervoeren
meeslepen (ww) :
meezeulen

als synoniem van een ander trefwoord:

boeien (ww) :
aanspreken, bekoren, betoveren, fascineren, in beslag nemen, interesseren, kluisteren, meeslepen
slepen (ww) :
boegseren, meeslepen, sleuren, slieren, trekken, voortslepen, voorttrekken, zeulen
raken (ww) :
aandoen, aangrijpen, frapperen, meeslepen, ontroeren, roeren, toucheren
fascineren (ww) :
betoveren, biologeren, boeien, intrigeren, meeslepen, verblinden
sjouwen (ww) :
meeslepen, rondsjouwen
exalteren (ww) :
meeslepen, verrukken
meetronen (ww) :
meelokken, meeslepen
leuren (ww) :
meeslepen, zeulen
sleuren (ww) :
meeslepen, slepen

woordverbanden van ‘meeslepen’ grafisch weergegeven

in Nederduitsche synonymen (1836), band 2, blz. 400:

woorden met een verwante vorm:

werkwoord
bijvoeglijk naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.003 c