fraude

als woordenboektrefwoord:

fraude:
v. (-s), valsheid, bedrog.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

fraude (zn) :
bedrog, malversatie, oplichting, sluikhandel, smokkelarij, zwendel

als synoniem van een ander trefwoord:

bedrog (zn) :
afzetterij, arglist, bedriegerij, begoocheling, flessentrekkerij, fopperij, fraude, knoeierij, leugen, list, misleiding, nep, ontrouw, oplichterij, oplichting, trucage, veinzerij, verlakkerij, voor-de-gek-houderij, zwendel
bedriegerij (zn) :
bedrieglijkheid, bedrog, fopperij, fraude, goochelarij, oplichterij, oplichting, slinksheid, verlakkerij, verneukerij, verschalking, zwendelarij
zwendel (zn) :
bedrog, flessentrekkerij, fraude, gesjoemel, knoeierij, oplichterij, oplichting, zwendelarij
oplichterij (zn) :
afzetterij, bedriegerij, bedrog, flessentrekkerij, fraude, oplichting, zwendel, zwendelarij
knoeierij (zn) :
bedriegerij, fraude, malversatie
geknoei (zn) :
fraude, oplichterij

woordverbanden van ‘fraude’ grafisch weergegeven

zie ook:

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0031 c