Vertaling van 'announce' uit het Engels naar het Nederlands

announce (ww):
Announce publicly or officially
afroepen, heten, verklaren

announce (ww):
Foreshadow or presage
aankondigen

announce (ww):
Make known; make an announcement
aanduiden, aankondigen, betekenen, bekendmaken, notificeren, notifiëren, publiceren

announce (ww):
Give the names of
declareren, aandienen, aanmelden

Via: Ensyns.nl

announce (ww):
aankondigen(en) —.
(de) [[darüber]] [[informieren]], was sein wird.
(de) einem größeren Personenkreis mitteilen.
(sv) göra känt, annonsera, kungöra.
, declareren(en) —.
(en) —.
, verklaren(en) —.
(pt) (dizer, expressar, manifestar).
, verkondigen(en) —.
(de) öffentlich sagen.
, uitspreken(en) —., verkonden(en) —., bekendmaken(de) öffentlich sagen.
(sv) göra känt, annonsera, kungöra.
, aangeven(pt) (dizer, expressar, manifestar)., publiceren(no) gjøre kjent for almenheten.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken