belong (ww):
Be owned by; be in the possession of
behoren, horen, toebehoren, toehoren
belong (ww):
Be a part or adjunct
behoren, ressorteren, vallen, zijn
belong (ww):
Be suitable or acceptable
aangaan, behoren, betamen, horen, passen
belong (ww):
Be in the right place or situation
behoren, horen, thuishoren
belong (ww):
Be a member, adherent, inhabitant, etc. (of a group, organization, or place)
thuishoren, behoren, horen
Via: Ensyns.nl
belong (ww):
behoren(en) —.
(en) —.
(de) etwas/jemand gehört jemandem: Eigentum von einer Person sein.
(ru) быть собственностью.
(ru) являться произведением.
(ru) входить в состав.
(ru) быть свойственным.
(de) —.
(pl) —.
(pl) —., horen(en) —.
(en) —.
(en) —.
(en) —.
(no) være del av gruppe.
(no) være eid av., toebehoren(en) —.
(ca) Ésser propietat.
(ru) быть собственностью.
(ru) являться произведением.
(ru) входить в состав.
(ru) быть свойственным., thuishoren(en) —.
(en) —.
(en) —., bij(en) —.
(en) —., iemand(en) —.
(en) —., aan(en) —., tot(en) —., van(en) —., zijn(en) —.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com