Vertaling van 'competency' uit het Engels naar het Nederlands

competency (zn):
The quality of being adequately or well qualified physically and intellectually
bevoegdheid, bekwaamheid, competentie, kunde, kundigheid

Via: Ensyns.nl

competency (zn):
bekwaamheid(en) —., bevoegdheid(en) —., competentie(en) —., bekende(fr) chose connue, fait de connaître., bekendheid(fr) chose connue, fait de connaître., besef(fr) chose connue, fait de connaître., bewustzijn(fr) chose connue, fait de connaître., bezinning(fr) chose connue, fait de connaître., kennen(fr) chose connue, fait de connaître., kennis(fr) chose connue, fait de connaître., kenvermogen(fr) chose connue, fait de connaître., kunde(fr) chose connue, fait de connaître., medeweten(fr) chose connue, fait de connaître., relatie(fr) chose connue, fait de connaître., verstand(fr) chose connue, fait de connaître., weten(fr) chose connue, fait de connaître., wetenschap(fr) chose connue, fait de connaître.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken