increase (zn):
The act of increasing something
periodiek
increase (zn):
A process of becoming larger or longer or more numerous or more important
aanwas, accres, increment, stijging, toename, vermeerdering
increase (zn):
A quantity that is added
stijging, aanwas, aangroei, toename
increase (ww):
Make bigger or more
opvoeren, amplificeren, vergroten
increase (ww):
Become bigger or greater in amount
vermeerderen, aanwakkeren, opzetten, toenemen
Via: Ensyns.nl
increase (ww):
vermeerderen(en) —.
(es) —.
(fr) Augmenter, rendre plus grand, plus nombreux ou plus étendu.
(ru) увеличивать количество чего-либо., toenemen(en) —.
(pl) —., groeien(en) —., opvoeren(en) —., vergroten(en) —., verhogen(en) —., vertienvoudigen(fr) (Transitif) (Sens figuré) Augmenter considérablement..
(fr) (Transitif) Rendre dix fois aussi grand..
(fr) (Pronominal) Devenir dix fois plus grand..
(fr) (Intransitif) Devenir dix fois plus grand.., aangroeien(ru) увеличиваться в размерах., afstammen(lt) lt., intensifiëren(pl) —., vermenigvuldigen(ru) увеличивать количество чего-либо., vermeren(fr) Augmenter, rendre plus grand, plus nombreux ou plus étendu., versterken(pl) —.
increase (zn):
toename(en) —.
(de) der Vorgang, bei dem etwas in der Menge oder im Volumen zunimmt, anwächst.
(fr) Augmentation que reçoit qui s’accroît.
(fr) Action de croître., vermeerdering(en) —.
(fr) Augmentation que reçoit qui s’accroît.
(fr) Action de croître., stijging(en) —., groei(de) Biologie: natürliche Vergrößerung eines lebenden Organismus.
(de) Zunahme an Umfang, Größe, Menge, Intensität von etwas., verhoging(de) die Heraufsetzung auf einen höheren Wert., verrijking(de) ein Zugewinn für eine Sache., versterking(de) Verkehr, Handel, Beziehungen: Intensivierung, Zunahme, Verdichtung.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com