Vertaling van 'live' uit het Engels naar het Nederlands

live (ww):
Have life, be alive
verderleven, voortbestaan, wonen, overleven, bestaan, existeren, leven

live (ww):
Support oneself
bestaan

live (ww):
Continue to live and avoid dying
voortduren, voortbestaan, trotseren, overblijven, handhaven, overleven, leven, voortleven

live (ww):
Be an inhabitant of or reside in
bevolken

Via: Ensyns.nl

N.B.: Er zijn geen WikiWoordenboek-resultaten omdat de Dbnary-server niet of niet op tijd heeft geantwoord.