Vertaling van 'relish' uit het Engels naar het Nederlands

relish (zn):
The taste experience when a savoury condiment is taken into the mouth
smaakstof, smaak, bijsmaak, nasmaak, smaakje

relish (zn):
Vigorous and enthusiastic enjoyment
enthousiasme, animo, lust, zin

relish (ww):
Derive or receive pleasure from; get enjoyment from; take pleasure in
genieten, ophebben, smaken

Via: Ensyns.nl

relish (ww):
genieten(en) —.
(en) —.
(de) Genuss, Freude, Lust an, bei oder für etwas empfinden.
, smaken(en) —., smullen(en) —.

relish (zn):
genot(en) —., smaak(en) —.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken