Vertaling van 'advance' uit het Engels naar het Nederlands

advance (zn):
The act of moving forward (as toward a goal)
continuïteit, voortgang, vooruitgang

advance (zn):
Increase in price or value
opvoering, verhoging

advance (zn):
A movement forward
vordering, vooruitgang, progressie

advance (zn):
An amount paid before it is earned
voorschot

advance (ww):
Develop in a positive way
de vorm aannemen, vooruitgaan, vooruitkomen, vorderen

advance (ww):
Obtain advantages, such as points, etc.
winnen

advance (ww):
Move forward, also in the metaphorical sense
voortschrijden

advance (ww):
Move forward
vervroegen

Via: Ensyns.nl

advance (ww):
voorschieten(en) —.
(de) Hilfsverb haben: einen Geldbetrag im Voraus geben, als Darlehen geben.
, benaderen(en) —., optrekken(en) —., accelereren(de) —., assisteren(fr) Sens à trier., baten(fr) Sens à trier., bevorderen(de) etwas einem Ziel näher bringen, etwas vorwärts bringen., bijstaan(fr) Sens à trier., helpen(fr) Sens à trier., komen(de) —., lenen(fr) Fournir une chose sous condition que celui qui la reçoit la rendra., ter zijde staan(fr) Sens à trier., uitlenen(fr) Fournir une chose sous condition que celui qui la reçoit la rendra., versnellen(de) —.

advance (zn):
voorschot(en) —.
(en) —.
, avance(en) —., vooruitbetaling(en) —., vooruitgang(en) —., aanvraag(fr) 1. Demande écrite ou verbale ., krediet(de) —., lening(de) —., ontwikkeling(ru) действие по значению гл. развивать, развиваться, развить, развиться., opmars(fr) Ce qui permet d'aller de l’avant ., uitbouw(fr) Ce qui permet d'aller de l’avant ., verzoek(fr) 1. Demande écrite ou verbale ., vordering(fr) Ce qui permet d'aller de l’avant .

advance (bn):
verleden(fr) Qui précède., voorafgaand(fr) Qui précède., voorgaand(fr) Qui précède., vorig(fr) Qui précède., vroeger(fr) Qui précède.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken