exercise (zn):
The activity of exerting your muscles in various ways to keep fit
work out, oefening
exercise (zn):
A task performed or problem solved in order to develop skill or understanding
oefenen, exercitie, oefening, opdracht, opgaaf, opgave, vraag
exercise (zn):
Systematic training by multiple repetitions
oefening
exercise (zn):
The act of using
benutting, nut, gebruik
exercise (ww):
Do physical exercise
trainen
exercise (ww):
Learn by repetition
instuderen
exercise (ww):
Put to use
inspannen, oefenen, uitoefenen
exercise (ww):
Carry out or practice; as of jobs and professions
beoefenen
Via: Ensyns.nl
exercise (ww):
bewegen(en) —., gebruikmaken(en) —., kwellen(en) —., lastigvallen(en) —., oefenen(en) —., sporten(en) —., trainen(en) —., uitoefenen(en) —., oefening(de) eine [[Tätigkeit]] [[wiederholen]], um zu [[lernen]] und eine [[Fähigkeit]] zu [[erwerben]].
exercise (zn):
lichaamsbeweging(en) —., oefening(en) —., les(tr) ders.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com