Vertaling van 'ruckus' uit het Engels naar het Nederlands

ruckus (zn):
The act of making a noisy disturbance
Ruckus, herrie, commotie, beroering, geschil, geraas

Via: Ensyns.nl

ruckus (zn):
oproer(en) —.
(en) —.
, commotie(en) —., lawaai(en) —., ophef(en) —., opstoot(en) —., rel(en) —., keet(fr) (Familier) Bruit, , tapage, vacarme.., stennis(fr) (Familier) Bruit, , tapage, vacarme..

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken