officieel

als woordenboektrefwoord:

officieel:
bn. bw. van ambtswege; geloofwaardig, echt.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

officieel (bn) :
formeel, plechtig, vormelijk
officieel (bn) :
echt, erkend, wettig
officieel (bn) :
ambtelijk
officieel (bw) :
ambtshalve, van ambtswege, van hogerhand, van overheidswege

als synoniem van een ander trefwoord:

plechtig (bn) :
ceremonieel, deftig, ernstig, feestelijk, gewichtig, gewijd, officieel, plechtstatig, pompeus, statig, stemmig, verheven, vormelijk
vormelijk (bn) :
ceremonieus, formeel, officieel, voorgeschreven
formeel (bn) :
naar de letter, officieel, strikt genomen
erkend (bn) :
geautoriseerd, goedgekeurd, officieel
gekwalificeerd (bn) :
bevoegd, gerechtigd, officieel
plechtig (bn) :
formeel, officieel
ambtelijk (bn) :
officieel

woordverbanden van ‘officieel’ grafisch weergegeven

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

officieel
officieus, onofficieel

bij andere sites:

in het Verwarwoordenboek van Jan Renkema:
synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0031 c