opscheppen

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

opscheppen (ww) :
banjeren, bluffen, grootspreken, ophakken, opsnijden, pochen, snoeven, stoefen
opscheppen (ww) :
opdienen, opdissen, serveren

als synoniem van een ander trefwoord:

pochen (ww) :
bluffen, brallen, grootspreken, hoog opgeven, koketteren met, ophakken, opscheppen, opsnijden, pralen, pronken, snoeven, stoffen, te koop lopen met
bluffen (ww) :
blaaskaken, dik doen, geuren, grootspreken, ophakken, opscheppen, opsnijden, pochen, poeha maken, pralen, stoefen
pronken (ww) :
floreren, geuren, opscheppen, paraderen, pralen, stoefen
stoefen (ww) :
bluffen, opscheppen, opsnijden, pochen, snoeven, stoffen
zwetsen (ww) :
grootspreken, leuteren, opscheppen, opsnijden, snoeven
scheppen (ww) :
graven, grijpen, halen, opdoen, opscheppen, putten
pralen (ww) :
bluffen, opscheppen, pochen, pronken, stoefen

woordverbanden van ‘opscheppen’ grafisch weergegeven

woorden met een verwante vorm:

werkwoord
zelfstandig naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0025 c