scheppen

als woordenboektrefwoord:

scheppen:
(schiep, geschapen), voortbrengen.
scheppen:
(schepte, geschept), putten.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

scheppen (ww) :
creëren, formeren, in het leven roepen, maken, produceren, vervaardigen, voortbrengen, vormen
scheppen (ww) :
graven, grijpen, halen, opdoen, opscheppen, putten
scheppen (ww) :
opwekken, teweegbrengen, veroorzaken, verwekken
scheppen (ww) :
aanrijden, beentje lichten, omverrijden
scheppen (ww) :
onderscheppen, opvangen, vangen

als synoniem van een ander trefwoord:

veroorzaken (ww) :
aanbrengen, aandoen, aanrichten, aanstichten, baren, berokkenen, bezorgen, brengen, doen, geven, kweken, leiden tot, maken, met zich meebrengen, ontketenen, opleveren, opwekken, scheppen, stichten, ten gevolge hebben, teweegbrengen, toebrengen, tot gevolg hebben, uitlokken, verschaffen, verwekken, voortbrengen, wekken, zaaien
vormen (ww) :
aanleggen, boetseren, bouwen, construeren, creëren, formeren, maken, modelleren, ontplooien, ontwerpen, ontwikkelen, oprichten, opstellen, opwerpen, samenstellen, scheppen, smeden, stichten, uitwerken, vormgeven, voortbrengen
maken (ww) :
aanbrengen, bouwen, compileren, construeren, creëren, doen, fabriceren, opbouwen, produceren, samenstellen, scheppen, tot stand brengen, uitvoeren, verrichten, vervaardigen, voortbrengen, vormen
voortbrengen (ww) :
baren, creëren, genereren, maken, ontwikkelen, opbrengen, opleveren, produceren, scheppen, telen, veroorzaken, verwekken
verwekken (ww) :
aankweken, aanstoken, genereren, kweken, opwekken, scheppen, teweegbrengen, uitlokken, veroorzaken, voortbrengen
creëren (ww) :
aanmaken, maken, ontwerpen, produceren, scheppen, vervaardigen, verwezenlijken, voortbrengen, vormen
opwekken (ww) :
genereren, instigeren, scheppen, teweegbrengen, uitlokken, veroorzaken, verwekken, voortbrengen
produceren (ww) :
aanmaken, creëren, fabriceren, leveren, maken, opleveren, scheppen, vervaardigen, voortbrengen
vervaardigen (ww) :
aanmaken, creëren, fabriceren, maken, produceren, scheppen
graven (ww) :
delven, groeven, omspitten, scheppen, spitten, wroeten
grijpen (ww) :
aanrijden, meesleuren, raken, scheppen
formeren (ww) :
samenstellen, scheppen, vormen
smeden (ww) :
maken, scheppen, vormen
formeren (ww) :
scheppen

woordverbanden van ‘scheppen’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in Nederduitsche synonymen (1836), band 1, blz. 121:

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

scheppen
vernielen, vernietigen, verwoesten

woorden met een verwante vorm:

werkwoord
zelfstandig naamwoord
bijvoeglijk naamwoord

zie ook:

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0269 nc