mottig

als woordenboektrefwoord:

mottig:
bn. nevelachtig; pokdalig.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

mottig (bn) :
duizelig, misselijk, onwel, ellendig, onpasselijk
mottig (bn) :
druilerig, vochtig, nevelig, miezerig
mottig (bn) :
vies, vuil, lelijk, morsig
mottig (bn) :
pokdalig

als synoniem van een ander trefwoord:

lelijk (bn) :
gruwelijk, mismaakt, weerzinwekkend, afschuwelijk, afzichtelijk, afgrijselijk, misvormd, afstotelijk, wanstaltig, onooglijk, mottig, onknap, onfraai, onesthetisch
morsig (bn) :
slordig, vies, onverzorgd, smerig, zwart, vuil, slonzig, smoezelig, viezig, slobberig, kladderig, mottig, voddig
miezerig (bn) :
somber, regenachtig, druilerig, vochtig, mottig
onwel (bn) :
ziek, ongesteld, onpasselijk, mottig, ongans
nevelig (bn) :
wazig, vaag, mistig, dampig, heiig, mottig
misselijk (bn) :
schots, onpasselijk, mottig

woordverbanden van ‘mottig’ grafisch weergegeven

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord

bij andere sites:

in het Verwarwoordenboek van Jan Renkema:
synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0029 c