Vertaling van 'love' uit het Engels naar het Nederlands

love (zn):
Sexual activities (often including sexual intercourse) between two people
vrijen

love (zn):
Any object of warm affection or devotion
hartstocht, passie

love (zn):
A deep feeling of sexual desire and attraction
verliefdheid, liefde

love (zn):
A strong positive emotion of regard and affection
schat, minne, liefde, min

love (zn):
A beloved person; used as terms of endearment
beminde, engel, geliefde, goodie-goodie, hartedief, hartediefje, hartelap, hartendief, hartendiefje, hartenlap, hartje, lief, liefje, liefste, lieveling, lieverd, lieverdje, schat, schattebout, vlam

love (zn):
A score of zero in tennis or squash
nul

love (ww):
Have sexual intercourse with
de liefde bedrijven, naar bed gaan met, slapen met, batsen, seks hebben, vrijen, bedvogelen, bibberen, bonken, bonzen, coïteren, flensen, fleppen, fokken, ketsen, kezen, kieren, knarren, naaien, neuken, palen, poepen, rammen, rampetampen, rollebollen, seksen, slapen, soppen, vozen, wippen

love (ww):
Have a great affection or liking for
houden van, gek zijn op, believen, blieven, geven, hechten, houden, moeten, mogen

love (ww):
Be enamored or in love with
vrijen

Via: Ensyns.nl

N.B.: Er zijn geen WikiWoordenboek-resultaten omdat de Dbnary-server niet of niet op tijd heeft geantwoord.