vreten

als woordenboektrefwoord:

vreten:
(vrat, gevreten), gulzig eten.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

vreten (ww) :
eten, schrokken, bunkeren, kluiven, buffelen, schransen, weiden, bikken, kroppen, fretten
vreten (ww) :
knagen, dwarszitten, verteerd worden
vreten (ww) :
verslinden

als synoniem van een ander trefwoord:

eten (ww) :
verbruiken, nuttigen, opeten, knagen, metselen, schrokken, gebruiken, bunkeren, dineren, kluiven, verorberen, schransen, vreten, tafelen, prakken, bikken, peuzelen, kanen, fretten, maaltijden, zich voeden, gaffelen, nassen, degusteren
aanvaarden (ww) :
erkennen, pikken, aannemen, slikken, nemen, berusten, geloven, accepteren, vreten, zich schikken in
kanen (ww) :
eten, bunkeren, kluiven, vreten, tafelen, bikken, fretten, gaffelen, nassen
accepteren (ww) :
pikken, verdragen, slikken, nemen, dulden, vreten
brassen (ww) :
vreten, zwelgen, gastreren, slempen, banketteren
fretten (ww) :
opeten, schrokken, verslinden, schransen, vreten
bunkeren (ww) :
eten, buffelen, schransen, vreten
bikken (ww) :
eten, kluiven, schransen, vreten
kroppen (ww) :
proppen, vreten, stouwen
voedsel (zn) :
eten, voorraad, voeding, voedingsstof, etenswaar, kost, bouwstof, spijs, vreten, proviand, eetwaar, mondvoorraad, leeftocht, mondkost
voer (zn) :
vreten, fretten, bikkesement

woordverbanden van ‘vreten’ grafisch weergegeven

in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):

Eten is het algemeene woord voor voedsel tot zich nemen. Eene meer deftige uitdrukking voor eten, meer bepaald voor het middagmaal nemen is dineeren. Vroeger was hiervoor ook spijzen in gebruik, dat zoowel transitief als intransitief gebruikt werd. Jezus spijsde de tienduizenden. De ministers hebben gisteren aan de koninklijke tafel gespijsd. Ook wanneer er gasten aan de keizerlijke tafel spijsden, at Napoleon zelf gewoonlijk maar van één gerecht. Schrokken en slokken beteekenen met gulzigheid eten, haastig het eten naar binnen slaan. Schransen is eveneens gretig en gulzig eten, maar met het bijdenkbeeld, dat het met smaak geschiedt. Ze zitten daar weer te schransen, dat 't een lust is. Vreten, eigenl. vereten, d. i. op slechte wijze eten, is ongemanierd, of zeer veel eten. Het is het gewone woord voor het eten van dieren.

in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 2, blz. 162:

eten, vreten, spijzen

woorden met een verwante vorm:

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0023 c