gewoel
als woordenboektrefwoord:
- gewoel:
- o. drukte ; onrust.
als trefwoord met bijbehorende synoniemen:
- gewoel (zn):
- beweging, drukte, gedrang, mĂȘlee, mensenmassa
- gewoel (zn):
- gewroet
als synoniem van een ander trefwoord:
- drukte (zn) :
- animatie, bedrijvigheid, gedoe, gedruis, gekrioel, gewoel, heisa, leven, mensenmassa, mĂȘlee, omhaal, poespas, poppenkast, spatsies, tamtam, trafiek, volte
- beweging (zn) :
- bedoening, commotie, drukte, geanimeerdheid, gedoe, gewoel, opschudding, vertier
- gedruis (zn) :
- drukte, gewoel, lawaai, leven, rumoer
woordverbanden van ‘gewoel’ grafisch weergegeven
in Charivarius' Een Ander Woord (1945):
- beweging:
- roering, woeling, opschudding, gewoel, onrust, drukte
- drukte:
- bombarie, beweging, gewoel, menigte, bedrijvigheid, verkeer, vertier, bedoening, gedoe, omhaal, beslommering, moeite
- gedrang:
- gewoel
- gewoel:
- gedrang, drukte, leven, onrust, beweeglijkheid, bedrijvigheid
- menigte:
- publiek, drukte, gewoel, drom, slomp
in overige bronnen*:
- in hedendaagse spelling:
- oploop, opschudding, gewoel, gejoel, getier, gerucht, rumoer, teugelloosheid, moedwil, euvelmoed, baldadigheid, geweld, plundering
OPLOOP, OPSCHUDDING, GEWOEL, GEJOEL, GETIER, GERUCHT, RUMOER, TEUGELLOOSHEID, MOEDWIL, EUVELMOED, BALDADIGHEID, GEWELD, PLUNDERING
bron: Gerbrand Bruining - Nederduitsche synonymen (1836), band 1, bladzijde 319.
* De spelling in deze bron kan afwijken van de tegenwoordig geldende.
bij andere sites: