ingetogen

als woordenboektrefwoord:

ingetogen:
bn. (-er, -st), zedig, stemmig ; matig.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

ingetogen (bn) :
matig, bescheiden, gematigd, sober, stemmig, kuis, calvinistisch, zedig, modest

als synoniem van een ander trefwoord:

bescheiden (bn) :
eenvoudig, onopvallend, voorzichtig, niet opvallend, niet opdringerig, terughoudend, nederig, discreet, ingetogen, sober, stemmig, pretentieloos, zedig, modest
sober (bn) :
hard, matig, eenvoudig, bescheiden, kaal, nuchter, ingetogen, spartaans, sobertjes, onopgesmukt, onopgesierd, frugaal
zedig (bn) :
fatsoenlijk, net, kies, ingetogen, eerbaar, stemmig, kuis, eerzaam, betamelijk, modest, oorbaar
matig (bn) :
eenvoudig, bescheiden, gematigd, spaarzaam, ingetogen, sober, onthoudend, abstinent
gematigd (bn) :
matig, kalm, ingetogen, beheerst, tam, bezadigd, moderaat, gemodereerd
preuts (bn) :
ingetogen, zedig, nuffig, prude, overzedig
ernstig (bn) :
plechtig, zwaar, ingetogen, grave
abstinent (bn) :
matig, ingetogen

woordverbanden van ‘ingetogen’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):

bescheiden, ingetogen, zedig

Wiens gedrag zich door betamelijkheid en terughouding kenmerkt. Ingetogen is hij, die zijne driften weet te beheerschen, zich voor buitensporigheden hoedt en kalm en rustig leeft; eens ingetogen levenswijze; bescheiden is hij, die geen hooge gedachten van zich zelf koestert, naar lof noch eer streeft, met een eenvoudig onthaal tevreden is, geen buitensporige winsten najaagt. Bescheiden nadert dus sterk tot de beteekenis van nederig. Volgens mijn bescheiden meening zegt men, wanneer men zijne eigene opvatting meedeelt, maar die gaarne wil laten varen voor eene betere. Zedig ziet eigenlijk alleen op het uiterlijk betoon van bescheidenheid, ingetogenheid en nederigheid; het drukt dus een ander begrip uit dan zedelijk, hetwelk het bezit Van zedelijke beginselen aanduidt. Zedig voor zich zien.

eerbaar, eerzaam, ingetogen, kuis, rein

Eerbaar wil zeggen wat eer heeft; de tegenstelling van eerbaar was dus oorspronkelijk eerloos; eer heeft in dit begrip allengs de beteekenis van kuischheid gekregen. Door een woord met het achtervoegsel -zaam te verbinden duidt men meer eene blijvende hoedanigheid aan. Eerzaam gevormd als deugdzaam, duidt dan ook het bezit van eer aan, als voortvloeiende uit het karakter. Kuisch is eigenlijk rein, zuiver, en wordt in de uitdrukking kuische maagd synoniem met reine maagd. Verder krijgt het de beteekenis van ingetogen, hetwelk echter meer op het beheerschen der begeerten ziet. Het begrip eerbaar is ruimer dan het begrip kuisch. Kuisch ziet uitsluitend op het wederstaan van verboden vleeschelijke lusten; eerbaar onderstelt een ingetogen, zedig, deugdzaam gedrag, dat in geen enkel opzicht tegen de betamelijkheid of de welvoeglijkheid zondigt. Van ingetogen verschilt kuisch in zooverre, dat de kuische niet aan het onreine denkt, de ingetogene zijn lust tot het kwade weet te beheerschen. Eene kuische maagd, kuische ooren, kuische gedachten. Eene eerbare jonge dochter, eene eerzame vrouw.

matig, ingetogen, sober

Wie matig leeft beperkt zijne begeerten en wacht zich voor overdaad; wie ingetogen, leeft, weet zijne begeerten te beheerschen; wie sober leeft, gebruikt niet wat min of meer onnoodig is.

in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 1, blz. 311:

bescheiden, ingetogen, zedig

in Nederduitsche synonymen (1836), band 1, blz. 171:

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

ingetogen
uitbundig

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0022 c