fit (zn):
The manner in which something fits
bui, fit, fithaak, vlaag
fit (zn):
A sudden uncontrollable attack
hevige aanval, paroxisme
fit (zn):
A display of bad temper
hysterieaanval, woedeaanval, driftbui, slappe lach, woedeuitbarsting
fit (ww):
Fill, satisfy or meet a want or need or condtion ro restriction
vervullen, voldoende, bevredigen, inlossen, nakomen
fit (ww):
Be compatible, similar or consistent; coincide in their characteristics
overeenkomen, overeenstemmen, rijmen, sluiten, stroken
fit (ww):
Be the right size or shape; fit correctly or as desired
pasten aan, paste aan, passen, sluiten, zitten
fit (ww):
Be agreeable or acceptable to
conveniëren, passen, schikken, treffen, uitkomen
Via: Ensyns.nl
Via: Memodata.com
N.B.: Er zijn geen WikiWoordenboek-resultaten omdat de Dbnary-server niet of niet op tijd heeft geantwoord.