kwaal

als woordenboektrefwoord:

kwaal:
v. (kwalen), slepende ziekte; algemene ramp, gebrek.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

kwaal (zn) :
aandoening, euvel, gebrek, klacht, ongemak, stoornis, ziekte
kwaal (zn) :
kwelling

als synoniem van een ander trefwoord:

gebrek (zn) :
afwijking, defect, fout, handicap, imperfectie, kwaal, manco, mankement, ondeugd, ongemak, onvolkomenheid, onvolmaaktheid, tekortkoming, verkeerdheid, zwakheid
kwelling (zn) :
bekommernis, bezoeking, ergernis, foltering, gesel, kwaal, last, marteling, plaag, straf, temptatie, torment, tortuur, vexatie
aandoening (zn) :
euvel, gebrek, krankheid, kwaal, ongemak, ongesteldheid, ontsteking, stoornis, ziekte
misstand (zn) :
euvel, kwaal, mistoestand, onregelmatigheid, tekortkoming, uitwas, wantoestand
euvel (zn) :
defect, fout, gebrek, kwaad, kwaal, mankement, tekortkoming
stoornis (zn) :
aandoening, afwijking, gebrek, kwaal, ziekte
ziekte (zn) :
aandoening, krankheid, kwaal, ongesteldheid
klacht (zn) :
aandoening, kwaal, ongemak, probleem
ongemak (zn) :
aandoening, gebrek, kwaal, stoornis
gebrek (zn) :
aandoening, kwaal, ziekte

woordverbanden van ‘kwaal’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 2, blz. 353:

kwaal, ziekte

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0026 c