plaag

als woordenboektrefwoord:

plaag:
v. (plagen), kwelling, verdriet; onheil; lastig persoon.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

plaag (zn) :
kwelling, overlast, last, ramp, foltering, gesel, makke
plaag (zn) :
pestkop, plaaggeest, gesel, kwelduivel
plaag (zn) :
straf, bezoeking, kastijding
plaag (zn) :
overlast
plaag (zn) :
pest

als synoniem van een ander trefwoord:

straf (zn) :
kwelling, ongemak, strafwerk, plaag, loon, boete, ramp, vonnis, vergelding, afstraffing, dwangsom, ontbering, sanctie, crime, repressie, straffe, bezoeking, douw, penitentie, bestraffing, tuchtmaatregel, strafbaarstelling, penaliteit, astreinte, godsgericht, kastijding
last (zn) :
hinder, kwelling, ongemak, overlast, druk, moeilijkheid, bezwaar, moeite, plaag, spel, narigheid, gesodemieter, armoe, ongerief, malheur, inconveniënt, ongerieflijkheid, ongemakkelijkheid, onaangenaamheid, soesa, slameur
ramp (zn) :
klap, ongeluk, onheil, drama, vloek, tragedie, slag, tegenspoed, noodsituatie, plaag, beproeving, rampspoed, calamiteit, catastrofe, bezoeking, kommer, gesel, fataliteit
kwelling (zn) :
last, straf, plaag, marteling, kwaal, ergernis, foltering, bezoeking, gesel, bekommernis, temptatie, tortuur, torment, vexatie
bezoeking (zn) :
kwelling, plaag, ramp, beproeving, kruisweg
verschrikking (zn) :
onheil, ellende, gruwel, plaag, ramp, leed
ergernis (zn) :
kwelling, last, plaag, bekommernis
gesel (zn) :
kwelling, vloek, plaag, straffe
pest (zn) :
plaag, pestziekte, pestilentie
ziekte (zn) :
afwijking, plaag
epidemie (zn) :
plaag

woordverbanden van ‘plaag’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

plaag
zegen

woorden met een verwante vorm:

werkwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0035 c