handicap

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

handicap (zn) :
belemmering, hindernis, nadeel
handicap (zn) :
gebrek, nadeel

als synoniem van een ander trefwoord:

belemmering (zn) :
afschrikmiddel, barrière, beletsel, beteugeling, bezwaar, drempel, handicap, hinder, hindernis, hinderpaal, hobbel, impediment, obstakel, obstructie, ontmoediging, rem, remming, sta-in-de-weg, storing, struikelblok, struikelsteen, verhindering, versperring
beletsel (zn) :
belemmering, beteugeling, bezwaar, handicap, hinder, hindernis, hinderpaal, impediment, obstakel, obstructie, ontmoediging, probleem, remming, sta-in-de-weg, storing, struikelblok, struikelsteen, verhindering, versperring
nadeel (zn) :
afbreuk, bezwaar, detriment, drawback, handicap, hinderpaal, keerzij, keerzijde, last, letsel, min, minpunt, ongunstigheid, onvoordeligheid, schade, schaduwkant, schaduwzijde, strop, tegenvaller, verlies
hindernis (zn) :
barrière, belemmering, beletsel, drempel, handicap, hinderpaal, hobbel, horde, impediment, klip, moeilijkheid, obstakel, rem, sta-in-de-weg, struikelblok, struikelsteen, verhindering, versperring
gebrek (zn) :
afwijking, defect, fout, handicap, imperfectie, kwaal, manco, mankement, ondeugd, ongemak, onvolkomenheid, onvolmaaktheid, tekortkoming, verkeerdheid, zwakheid
ongemak (zn) :
handicap, hinder, last, ongerief

woordverbanden van ‘handicap’ grafisch weergegeven

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

handicap
aanleg, begaafdheid, talent

in de Woordenlijst onnodig Engels:

handicap  zn.:
1 (functie)beperking, gebrek; 2 [fig.] belemmering, beperking, nadeel; 3 wedren met voorgift [paardensport], hinderniswedstrijd; 4 [sport] voorgift, nadeelcorrectie, aftrek

woorden met een verwante vorm:

werkwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0028 c