Vertaling van 'touch' uit het Engels naar het Nederlands

touch (zn):
The faculty by which external objects or forces are perceived through contact with the body (especially the hands)
gevoel, tastzin

touch (zn):
A suggestion of some quality
zweem

touch (zn):
The act of putting two things together with no space between them
aanraking, beroering

touch (zn):
A slight but appreciable amount
snufje, snuifje

touch (zn):
The sensation produced by pressure receptors in the skin
gevoel, touche

touch (ww):
Make physical contact with, come in contact with
aankomen

touch (ww):
Be relevant to
toebehoren, behoren bij, aankomen, betreffen, bewegen, gaan, gelden, handelen, raken, slaan, treffen

touch (ww):
Be in direct physical contact with; make contact
ontmoeten, afspreken, aanraken, beroeren, raken, toucheren

touch (ww):
Have an effect upon
impact, inwerken

touch (ww):
Be equal to in quality or ability
evenaren, opwegen

touch (ww):
Make a more or less disguised reference to
alluderen, preluderen, zinspelen

Via: Ensyns.nl

N.B.: Er zijn geen WikiWoordenboek-resultaten omdat de Dbnary-server niet of niet op tijd heeft geantwoord.