groeperen

als woordenboektrefwoord:

groeperen:
(gegroepeerd), tot een geheel verzamelen.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

groeperen (ww) :
ordenen, rangschikken

als synoniem van een ander trefwoord:

samenvoegen (ww) :
samenstellen, mengen, verbinden, samentrekken, vermengen, aansluiten, paren, verenigen, in elkaar zetten, koppelen, combineren, integreren, groeperen, ophopen, mixen, legeren, samendoen, unificeren, cumuleren, alliëren, mêleren, aaneensluiten, amalgameren, bijeenvoegen, verenen
verenigen (ww) :
samenbrengen, concentreren, paren, integreren, groeperen, unificeren, bijeenbrengen, liëren, uniëren
opstellen (ww) :
ordenen, voegen, inrichten, schikken, indelen, rangschikken, scharen, groeperen, redigeren
scharen (ww) :
voegen, verzamelen, verenigen, rangschikken, groeperen, opstellen, aaneensluiten
integreren (ww) :
samenvoegen, binden, verenigen, scharen, groeperen, aaneensluiten, uniëren
clusteren (ww) :
groeperen, classificeren
rangschikken (ww) :
samenvoegen, groeperen

woordverbanden van ‘groeperen’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0015 c