minderen

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

minderen (ww) :
dalen, afnemen, verlopen, bedaren, matigen, verslappen, slinken, tanen
minderen (ww) :
verminderen
minderen (ww) :
terugnemen

als synoniem van een ander trefwoord:

afnemen (ww) :
ophouden, dalen, verminderen, zakken, minderen, aflopen, bedaren, afzakken, gaan liggen, teruglopen, minder worden, verslappen, inkrimpen, slinken, uitdoven, tanen, luwen, verflauwen, achteruitgaan
matigen (ww) :
verminderen, kalmeren, beperken, dempen, verzwakken, minderen, verzachten, verdoezelen, temperen, stillen, lenigen, milderen
inhouden (ww) :
besparen, aftrekken, afschrijven, minderen, bezuinigen, afhouden, korten, afboeken, beknibbelen
reduceren (ww) :
verminderen, beperken, minderen, verkleinen, terugbrengen
aftrekken (ww) :
inhouden, minderen, verminderen met, afhouden, korten

woordverbanden van ‘minderen’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

minderen
doorzetten, meerderen, toenemen

woorden met een verwante vorm:

werkwoord
zelfstandig naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0025 c