strekken

als woordenboektrefwoord:

strekken:
(gestrekt), rekken; (fig.) dienen.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

strekken (ww) :
rechten, rekken, lang maken, spannen, uitrekken
strekken (ww) :
dienst doen, dienen
strekken (ww) :
beslaan, reiken
strekken (ww) :
gedijen

als synoniem van een ander trefwoord:

dienen (ww) :
nuttig zijn, strekken, geschikt zijn, bijdragen, voorkomen, helpen, van dienst zijn, van pas komen, bedienen, baten
spannen (ww) :
aanspannen, strekken, rekken, strak trekken, aantrekken, uitrekken, opspannen, toehalen, afspannen
rekken (ww) :
uitstrekken, strekken
gedijen (ww) :
strekken
rechten (ww) :
strekken

woordverbanden van ‘strekken’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):

dienen, strekken

Dienen wordt alleen van personen en zaken gezegd, strekken ook van handelingen. Alles wat onze oogmerken bevordert, wordt gezegd ons te dienen. Een huis dient om in te wonen. In strekken ligt het bijdenkbeeld, dat het gebezigde middel tot bereiking van ons oogmerk voldoende is, dat men ons den verlangden dienst werkelijk bewijst. Dit huis strekte hem, zoolang hij zich hier ophield, tot verblijf. Ook wordt strekken gebezigd van het komen tot eene uitkomst in het algemeen, al wordt die ook zonder onze bedoeling of medewerking, ja zelfs in strijd met onze wenschen verkregen. Uw bezoek strekt mij tot eer. De voorname opvoeding, die zij van hare ouders ontvangen had, strekte juist tot haar verderf.

in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 2, blz. 54:

dienen, nuttig zijn, strekken

woorden met een verwante vorm:

werkwoord
zelfstandig naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.002 c