groeien

als woordenboektrefwoord:

groeien:
(gegroeid), wassen; groter worden.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

groeien (ww) :
aangroeien, aanwassen, grootgroeien, meerderen, omhooggaan, ontwikkelen, opkomen, opschieten, opzwellen, rijpen, schieten, stijgen, toenemen, vermeerderen, wassen, zich uitbreiden
groeien (ww) :
groot worden, opgroeien
groeien (ww) :
gedijen, tieren
groeien (zn) :
groei

als synoniem van een ander trefwoord:

toenemen (ww) :
aangroeien, aanwakkeren, aanwassen, aanzwellen, beginnen op te zetten, groeien, klimmen, lengen, meerderen, omhooggaan, omhoogkomen, opgaan, opkomen, oplopen, opsteken, rijzen, stijgen, uitdijen, vergroten, verhevigen, verhogen, vermeerderen, versterken, wassen, zich uitbreiden
opkomen (ww) :
groeien, klimmen, omhooggaan, omhoogkomen, ontspruiten, ontstaan, opgroeien, oprijzen, opschieten, opstijgen, opvaren, opzetten, overeind komen, rijzen, stijgen, toenemen, uitkomen, uitlopen, uitschieten, verrijzen, voortkomen, voortspruiten
stijgen (ww) :
aangroeien, aantrekken, aanwassen, groeien, klimmen, meerderen, omhooggaan, omhoogkomen, opgaan, opklimmen, opkomen, oplopen, rijzen, toenemen, vermeerderen, wassen
vermeerderen (ww) :
aanvullen, aanwassen, groeien, opslaan, opvoeren, stijgen, toenemen, uitbreiden, vergroten, verhogen, versterken, vooruitbrengen
aangroeien (ww) :
aanwassen, aanzwellen, groeien, meerderen, ophopen, oplopen, opstapelen, stijgen, toenemen, uitdijen, vermeerderen, wassen
wassen (ww) :
aangroeien, groeien, hoger komen, stijgen, tieren, toenemen, zwellen
uitdijen (ww) :
groeien, opzwellen, uitgroeien, uitzetten, zwellen
schieten (ww) :
bloeien, groeien, opkomen, opschieten, uitlopen
aanwassen (ww) :
aangroeien, groeien, toenemen, vermeerderen
gedijen (ww) :
bloeien, floreren, groeien, slagen, tieren
tieren (ww) :
aarden, floreren, gedijen, groeien, wassen
aarden (ww) :
gedijen, groeien, tieren, wennen
meerderen (ww) :
aangroeien, groeien, stijgen
aankomen (ww) :
gedijen, groeien, tieren
tot stand komen (ww) :
ontstaan, groeien
groei (zn) :
aanwas, groeien, groeiproces, ontplooiing, ontwikkeling, ontwikkelingsgang, opgroeien, opkomst, rijping, rijpingsproces, stijging, toename, toeneming, uitbreiding, verhoging, vermeerdering, vooruitgang, was, wasdom

woordverbanden van ‘groeien’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):

groeien, gedijen, wassen

Alle drie geven een toenemen in omvang of grootte te kennen. Gedijen is eigenlijk zich uitzetten, en heeft vervolgens de beteekenis gekregen van grooter worden en voorspoedig groeien. Groeien is in omvang toenemen, allengs grooter of langer worden. Wassen is oorspronkelijk sterker worden, toenemen in kracht, en vervolgens, dewijl dit er meestal mede gepaard gaat, toenemen in grootte en hoogte. In deze laatste beteekenis wordt wassen — niet echter groeien en gedijen — ook van anorganische zaken gebruikt; b.v. van water kan men ook wassen gebruiken voor hooger worden; van getallen, hoewel hiervoor meer toenemen gebruikt wordt, kan men aangroeien en aanwassen zeggen; het aantal, de menigte groeit aan, wast aan. Het zand gedijt, de kiem wast, eindelijk groeit de plant.

woorden met een verwante vorm:

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0038 c