vrijheid

als woordenboektrefwoord:

vrijheid:
v. (...heden), losheid; vaardigheid ; vrijmoedigheid ; vrijdom ; privilege.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

vrijheid (zn) :
speelruimte, autonomie, soevereiniteit, zelfstandigheid, ongebondenheid, onafhankelijkheid, alleenrecht, vrijdom
vrijheid (zn) :
toestemming, vergunning, vrijstelling, voorrecht, privilege, prerogatief
vrijheid (zn) :
vrijmoedigheid, ongedwongenheid
vrijheid (zn) :
vrijpostigheid

als synoniem van een ander trefwoord:

optie (zn) :
aanspraak, vrijheid, voorrecht, eis, claim, privilege, alleenrecht, prerogatief, vrijdom
vrijstelling (zn) :
ontheffing, bevrijding, vrijheid, ontslag, dispensatie, vrijdom
onafhankelijkheid (zn) :
vrijheid, zelfstandigheid, independentie
privilege (zn) :
vrijheid, handvest, privilegie
vrijbuiterij (zn) :
vrijheid

woordverbanden van ‘vrijheid’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 3, blz. 305:

vrijheid, vrijdom

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord / bijvoeglijk naamwoord / bijwoord

zie ook:

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0041 c