knallen

als trefwoord met bijbehorende synoniemen: niet gevonden.

als synoniem van een ander trefwoord:

slaan (ww) :
afranselen, afrossen, beuken, geselen, hameren, hengsten, houwen, kastijden, keilen, klappen geven, kleunen, knallen, knuppelen, kwakken, meppen, mishandelen, neuken, op de broek geven, pekken, petsen, raken, rammeien, rammen, ranselen, smakken, stampen, stompen, stoten, straffen, timmeren, treffen, turven, uithalen, vechten
smijten (ww) :
donderen, duvelen, flikkeren, gooien, kegelen, keilen, kieperen, kletsen, knallen, kogelen, kwakken, lazeren, mieteren, patsen, plenzen, slaan, slingeren, smakken, sodemieteren, werpen
ontploffen (ww) :
barsten, detoneren, exploderen, klappen, knallen, losbarsten, ploffen, springen, uit zijn vel springen, uiteenbarsten
exploderen (ww) :
klappen, knallen, losbarsten, ontploffen, ploffen, springen, uitbarsten, uiteenspatten, uiteenspringen
dreunen (ww) :
bulderen, daveren, denderen, donderen, knallen, kraken, rommelen, trillen
schieten (ww) :
de trekker overhalen, jagen, knallen, kogelen, paffen, vuren
klappen (ww) :
flappen, klapperen, knallen, meppen, slaan, smakken, tikken
poffen (ww) :
floepen, knallen, paffen, ploffen
ploffen (ww) :
exploderen, knallen, ontploffen
paffen (ww) :
knallen, schieten
smakken (ww) :
klappen, knallen

woordverbanden van ‘knallen’ grafisch weergegeven

woorden met een verwante vorm:

werkwoord
zelfstandig naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
woordcombinaties:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0023 c