getrouw

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

getrouw (bn) :
getrouwelijk, loyaal, trouw, trouwelijk
getrouw (bn) :
betrouwbaar

als synoniem van een ander trefwoord:

nauwgezet (bn) :
accuraat, angstvallig, consciëntieus, diepgaand, gedetailleerd, getrouw, gewetensvol, grondig, letterlijk, minutieus, nauwkeurig, plichtsgetrouw, precies, punctueel, scrupuleus, secuur, stipt, strikt, toegewijd, woordelijk, zorgvuldig
nauwkeurig (bn) :
accuraat, correct, exact, gedetailleerd, getrouw, grondig, juist, minutieus, nauwgezet, net, precies, scherp, stipt, strikt, trefzeker, trouw, zorgvuldig, zuiver
betrouwbaar (bn) :
beproefd, bonafide, degelijk, deugdelijk, duurzaam, eerlijk, feilloos, getrouw, integer, onkreukbaar, solide, veilig, vertrouwd
trouw (bn) :
bestendig, fideel, gehecht, getrouw, loyaal, standvastig, toegedaan, toegewijd, trouwelijk, trouwhartig
letterlijk (bn) :
à la lettre, ad litteram, getrouw, naar de letter, nauwgezet, woord voor woord, woordelijk
loyaal (bn) :
eerlijk, fair, getrouw, oprecht, rechtschapen, trouw, trouwhartig
trouw (bn) :
getrouw, nauwkeurig, stipt, verbonden
diplomatisch (bn) :
getrouw

woordverbanden van ‘getrouw’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):

getrouw, letterlijk

Synoniem zijn deze woorden, waar zij gebruikt worden met betrekking tot vertalen. Bij eene getrouwe vertaling geeft men in eigen woorden, zonder het karakteristieke van eigen taal te verloochenen, inhoud en bewoordingen van een geschrift uit eene andere taal weer. Bij eene letterlijke vertaling houdt men zich slaafs aan zijn voorbeeld en verandert niets in zinbouw, spraakwending, enz.

woorden met een verwante vorm:

bijvoeglijk naamwoord
zelfstandig naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0036 c