grondig

als woordenboektrefwoord:

grondig:
bn. bw. (-er, -st), deugdelijk.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

grondig (bn) :
behoorlijk, degelijk, diepgaand, fundamenteel, gedegen, geducht, indringend, ingrijpend, nauwkeurig, primordiaal, radicaal, rijpelijk, secuur, uitputtend, uitvoerig, minutieus, nauwgezet
grondig (bw) :
door en door, uit-en-te-na, uit-en-ter-na

als synoniem van een ander trefwoord:

nauwgezet (bn) :
accuraat, angstvallig, consciëntieus, diepgaand, gedetailleerd, getrouw, gewetensvol, grondig, letterlijk, minutieus, nauwkeurig, plichtsgetrouw, precies, punctueel, scrupuleus, secuur, stipt, strikt, toegewijd, woordelijk, zorgvuldig
uitgebreid (bn) :
ampel, breed, breedvoerig, diepgaand, extensief, grondig, groot, langdurig, omstandig, omvangrijk, royaal, ruim, talrijk, uitgestrekt, uitvoerig, veelomvattend, veelzijdig, wijd, wijdlopig
radicaal (bn) :
afdoende, breed opgezet, drastisch, extreem, grondig, groots opgezet, grootscheeps, ingrijpend, rats, totaal, uiterst, vergaand, verreikend, verstrekkend, volkomen, volslagen
nauwkeurig (bn) :
accuraat, correct, exact, gedetailleerd, getrouw, grondig, juist, minutieus, nauwgezet, net, precies, scherp, stipt, strikt, trefzeker, trouw, zorgvuldig, zuiver
uitvoerig (bn) :
ampel, breed, breedsprakig, breeduit, breedvoerig, diepgaand, gedetailleerd, grondig, in extenso, omstandig, omvangrijk, overvloedig, uitgebreid, wijd
diepgaand (bn) :
diepgravend, door en door, fundamenteel, grondig, indringend, ingrijpend, intensief, minutieus, nauwgezet, radicaal, secuur, uitputtend, vergaand
degelijk (bn) :
behoorlijk, beproefd, betrouwbaar, deugdelijk, duurzaam, flink, gedegen, goed, grondig, pittig, proefhoudend, serieus, solide, stevig, terdege
solide (bn) :
degelijk, deugdelijk, doortimmerd, duurzaam, gevestigd, grondig, hecht, onverslijtbaar, samenhangend, steekhoudend, sterk, stevig
stevig (bn) :
behoorlijk, degelijk, duchtig, fiks, flink, grondig, hard, hecht, hevig, massief, pittig, rechtop, schrap, sterk, stijf, vast
gedegen (bn) :
betrouwbaar, degelijk, deugdelijk, doortimmerd, doorwrocht, goed, grondig, proefhoudend, solide, treffelijk
secuur (bn) :
diepgaand, grondig, minutieus, nauwgezet, nauwkeurig, nauwlettend, precies, stipt, voorzichtig, zorgvuldig
minutieus (bn) :
gedetailleerd, grondig, haarfijn, nauwgezet, nauwkeurig, zorgvuldig
ingrijpend (bn) :
diepgaand, grondig, radicaal, vergaand, verreikend, verstrekkend
rigoureus (bn) :
grondig, onverbiddelijk, streng, strikt
indringend (bn) :
diepgaand, grondig, intensief
primordiaal (bn) :
fundamenteel, grondig
fundamenteel (bn) :
grondig, primordiaal
behoorlijk (bw) :
aanzienlijk, ferm, fiks, flink, grondig, heel wat, nogal
geducht (bw) :
behoorlijk, danig, flink, grondig, terdege, zeer

woordverbanden van ‘grondig’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in Nederduitsche synonymen (1836), band 2, blz. 321:

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

grondig
beknopt, bondig, kort, oppervlakkig

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0033 c